Overspannen of burn-out?

Bent u overspannen of is er sprake van een burn-out? Op deze pagina ga ik dieper in op het verschil en – nog belangrijker – de manier waarop u kunt herstellen.

Wat is overspannenheid?

Van overspannenheid kan gesproken worden wanneer er een combinatie van een aantal klachten bestaat. Het gaat om:

  • Emotionele overprikkelbaarheid, die zich uit in een labiele stemming;
  • Huilerigheid;
  • Prikkelbaarheid;
  • Chagrijnig of zelfs agressief gedrag.

Alles is teveel. De interesse in de omgeving is meestal sterk verminderd; dit uit zich in desinteresse, concentratieproblemen – niets boeit meer – en initiatiefverlies – er komt niets meer uit de handen. Dikwijls bestaan er in- en doorslaapproblemen, eventueel een ander eetgedrag met meer of minder dan normaal eten. Lichamelijke klachten kunnen toenemen: hoofdpijn, buikpijn, maagklachten etc. Door de concentratieproblemen bestaat er veelal een zogenaamde ‘accident-proneness’ oftewel een voorbestemdheid voor ongevallen zoals stoten, struikelen, zaken uit de handen laten vallen, verkeersongevallen door onoplettendheid en bij het werk worden meer fouten dan normaal gemaakt.

Hoe ontstaat overspannenheid?

Zoals de naam al aangeeft, wordt met overspannenheid doorgaans een situatie aangeduid waarbij de hoeveelheid stress voor iemand diens ‘span’kracht overschreden heeft.
De stress kan thuis te hoog opgelopen zijn, door huwelijksproblemen, opvoedingsproblemen, financiële- of huisvestingsproblemen etc. Maar het kan ook zijn dat de stress van een werksituatie komt: te veel werk, werkverandering, reorganisatie, langdurige ziekte van collega’s zonder vervanging of een ongunstige werkatmosfeer door conflicten met collega’s of superieuren.

Ook kan het zijn dat de omstandigheden en het werk hetzelfde waren maar dat de spankracht tijdelijk minder was door bijvoorbeeld vermoeidheid of slapeloosheid, of langdurig minder is doordat het werk niet meer voldoende uitdaging biedt, de interesse hierdoor verloren is gegaan en het werk daardoor vermoeiender wordt.

Overspannen of burn-out?

Deze begrippen worden vaak door elkaar gebruikt. Sterker nog, in de media komt u vrijwel alleen nog het begrip ‘burn-out’ tegen. Wie leest er in de media nog over overspannenheid?
Soms wordt er in de media gesproken over burn-outklachten; helemaal vaag, want wat valt daar onder? Soms alleen maar het feit dat iemand na zijn werk moe is.

Onder huisartsen en bedrijfsartsen wordt het begrip overspannenheid nog wel gebruikt. Het begrip burn-out wordt gereserveerd voor een overspannenheid die langer duurt dan 6 maanden. Er wordt vanuit gegaan dat het in wezen om dezelfde klachten gaat maar dat er bij burn-out wel vaker vermoeidheidsklachten en ander lichamelijke klachten kunnen zijn opgetreden die het herstel vertragen. Hierdoor kan de burn-out ook op een chronisch vermoeidheidssyndroom lijken.

Het begrip ‘burn-out’ reserveer ik zelf het liefst voor situaties waarbij er sprake is van een aantasting van het herstelvermogen. Zelfs wanneer het 4-fasenprogramma juist gevolgd wordt, dan nog is er sprake van vertraagd herstel.

Er bestaat nogal eens een jarenlange overbelasting of een jarenlang ‘displaced’-gevoel, waarbij de interesse voor het werk zelf sterk verminderd is. Het werk kan al langere tijd niet meer boeien en met de interesse voor het werk, is ook de interesse voor andere zaken uitgedoofd. De prognose van burn-out is wezenlijk slechter dan die van (chronische) overspannenheid. Het herstel kan jaren duren, tenzij… tenzij er iets heel anders aan de hand is.

Burn-out of iets heel anders?

Wanneer de burn-out al jaren lijkt te duren is het wel oppassen geblazen. Is het wel echt een burn-out, of lijkt het alleen maar op een burn-out? In mijn onlangs (maart 2023) verschenen boek ‘chronische vermoeidheid’ leg ik uit dat verschillende andere ziektebeelden een burn-out kunnen imiteren, bijvoorbeeld: een B12-tekort, wintermoeheid en een trage schildklier. Sommige mensen zijn al vanaf hun jeugd moe en hebben al sinds hun jeugd concentratieproblemen. Ook komt het voor dat de burn-out uit het niets lijkt te komen, zonder duidelijk moment van overspanning. In zulke gevallen gaat het hoogstwaarschijnlijk niet om een burn-out maar om een andere aandoening. Het, in de vorige paragraaf genoemde, herstelvermogen is dan aangetast door dergelijke aandoeningen, en dan werkt het 4-fasenprogramma zeer traag of niet. Verder kunnen een depressie en een angststoornis een burn-out imiteren. Het blijft oppassen met de diagnose burn-out.

Wie wordt er overspannen?

Indien het stressniveau extreem hoog wordt, kan iedereen in principe voor de bijl gaan en overspannen raken of zelfs een burn-out krijgen. Toch zijn er wel mensen die een extra risico lopen.
Sommige mensen zijn nogal perfectionistisch ingesteld of stellen anderszins hoge eisen aan zichzelf. Ze hebben een welhaast aangeboren neiging zichzelf te overvragen. Deze mensen lopen het risico om reeds bij minder extreme stressniveaus overspannen te worden. Die stress roepen ze nogal eens over zichzelf af, doordat ze niet op tijd aangeven dat een bepaalde hoeveelheid werk te veel is of dat een bepaalde studie naast het werk eigenlijk te belastend is.

Ook mensen die dit streefniveau niet van zichzelf uit hebben, maar die niet goed ‘nee’ tegen anderen durven te zeggen, kunnen zichzelf verliezen in een bovenmatige hoeveelheid activiteiten. Bij weer anderen bestaan er religieuze drempels om ‘nee’ te zeggen. Het wegcijferen van zichzelf en het klaar staan voor anderen kan als een religieuze opdracht beleefd worden. Men heeft niet in de gaten dat altruïsten, egoïsten kweken en dat het soms veel beter voor een ander is ‘nee’ te moeten horen dan ‘ja’.

Is overspannenheid schadelijk?

Nee, in principe niet. In de medische literatuur wordt soms betoogd dat dit wel het geval is, maar dit berust mijns inziens op een onjuist herstelprogramma, waarbij de persoon in kwestie te vroeg als zijnde hersteld werd beschouwd. Indien de vier herstelfasen op juiste wijze in acht worden genomen, kan iemand die overspannen was na het herstel zelfs beter functioneren. Aangezien overmatige stress voor geen enkele ziekte gunstig is, kunnen bestaande ziektes wel tijdelijk verergeren.

Gangbare visie en ‘wet poortwachter’

Indien u werknemer bent, krijgt u tijdens uw overspannenheid geregeld te maken met de Arbo-arts ofwel bedrijfsarts. Het beleid van de Arbo-arts is gebaseerd op de indruk die deze van uw situatie heeft. Indien hij instemt met de diagnose overspannenheid zal hij zijn beleid waarschijnlijk verder volgens de richtlijnen van de ‘LESA‘ laten verlopen. Deze landelijke richtlijnen onderschatten de hersteltijd bij overspannenheid en een bedrijfsarts die deze richtlijnen strikt hanteert – iets wat volgens de richtlijnen overigens niet perse noodzakelijk is – kan er gemakkelijk voor zorgen dat de vier fasen van het herstelprogramma eerder langer dan korter duren. Dit komt dan doordat het herstel gefrustreerd wordt. Voor meer informatie zie ‘Bespreking LESA‘  en Informatie voor bedrijfsarts

Herstel

Ik beveel zelf aan mijn patiënten het door mijzelf ontwikkelde 4-fasenherstelprogramma aan.
Benieuwd naar de ervaringen van anderen die u in herstel voorgingen? Klik hier om ervaringen van anderen te lezen.